Aankondiging

Sluiten

Financiële situatie van ons forum (april 2025)


Beste lezers, volgers en leden van MestreechOnline,

Tijdens de vergadering van 9 april 2025 hebben wij als stichtingsbestuur van MestreechOnline helaas weer moeten vaststellen dat de financiële situatie van ons forum verre van rooskleurig is.
We hebben eerder, in september 2021, een soortgelijk bericht de wereld ingestuurd.

In 2021 konden wij een crisis afwenden door ruimhartige donaties van leden en sympathisanten.
Voor de exploitatie en het online houden van ons forum was rond de € 300,- per jaar nodig.
Inmiddels - en dat zal niemand verbazen - zijn alle prijzen en rekeningen drastisch gestegen.
Om ons forum anno 2025 in de lucht te houden hebben we minstens € 650,- per jaar nodig en dan is het nog passen en meten.
In de komende jaren zullen de exploitatiekosten waarschijnlijk alleen maar oplopen.

Gelet op onze huidige financiële positie kunnen wij t/m september 2025 aan onze betalingsverplichtingen voldoen.
Tot nu toe hebben wij als stichting sponsoring en/of reclame van ons forum afgewezen.
Dit is overigens altijd in overleg geweest met de leden.
In 2024 zijn we wel een samenwerkingsverband aangegaan met De Nieuwe Ster.
Dit heeft ons enige financiële ruimte gegeven, maar dit samenwerkingsverband is inmiddels weer beëindigd.

Concreet betekent dit, dat onze data vanaf september 2025 niet meer online opvraagbaar zijn en dat feitelijk het forum MestreechOnline moet stoppen.
Uiteraard is dit niet wat wij willen!

Om ons forum voort te zetten zullen wij, vier jaar later, helaas weer een beroep moeten doen op donaties van leden, lezers en volgers.
Iedere donatie is uiteraard welkom, dit kan eenmalig, jaarlijks of maandelijks.
Enkele leden doneren tot op de dag van vandaag maandelijks (automatisch) een klein bedrag, laten we zeggen een kopje koffie per maand, dit waarderen wij enorm.

In de tussentijd gaan we als bestuur uiteraard ook op zoek naar wellicht een oplossing, zodat we hopelijk niet jaarlijks deze boodschap moeten verkondigen.

Uiteraard staan we ook open voor andere ideeën.
Los daarvan zijn wij als bestuur, dat nu uit 4 leden bestaat, op zoek naar uitbreiding en frisse impulsen.
Dus als u interesse heeft horen wij dit graag.

Als u wilt doneren kan dat via bankrekening (IBAN): NL73 ABNA 0615 0242 54 o.n.v. Stichting MestreechOnline Maastricht.

Als u een donatie wenst te doen en reeds een geregistreerd lid bent van MestreechOnline, kunt u uw gebruikersnaam, indien u dat wenst, vermelden bij de overschrijving.
U krijgt dan bij uw avatar de toevoeging “Vriend van M.O.” vermeld.

Het stichtingsbestuur MestreechOnline

Klik hier om naar het artikel (posting) te gaan

Meer lezen
Minder zien

Maastrichtse gevelstenenrubriek

Sluiten
X
 
  • Filter
  • Tijd
  • Tonen
Clear All
nieuwe berichten

  • Jef-VMG
    replied
    Dat noemen ze uitlokken en daar is het me ook vaak om te doen

    En schieten mag. Graag zelfs. Is deze groot genoeg?

    Leave a comment:


  • Ingrid M.H.Evers
    replied
    Tóch een leuke hypothese voor weer een mooi stukje Gevelstenenrubriek. Mann sol sich etwas einfallen lassen, en dat is niet altijd simpel. Fijn dat we er dan op mogen schieten!

    Leave a comment:


  • Jef-VMG
    replied
    Oorspronkelijk geplaatst door Toller Bekijk bericht
    Twee leuke links die verwijzen naar het beroep c.q. gilde van de Karbinder

    http://www.delpher.nl/nl/kranten/vie...mpeg21%3Aa0057

    http://www.delpher.nl/nl/boeken1/gvi...r=lUhNAAAAcAAJ
    Karbinder dus een ambacht/beroep en geen karabijn.
    2-0 voor de tegenpartij

    Leave a comment:


  • Ingrid M.H.Evers
    replied
    Mooie vondsten, Toller, allebei betrekking hebbend op Venlo. In de eerste link een krantenbericht uit 1929 over Venlo in vroeger tijden, waarin een karbinder in 1674 zijn huisbaas te hulp schiet. En in het tweede een nog wat oude vermelding in een Geschiedenis van Venlo..door ene Keuller in 1843. Die noemt een aantal gilden in Venlo en vermeldt bij de karbinders een statuut, ordonnantie of iets dergelijks, opgesteld of uitgeroepen op 26 februari 1608. In beide gevallen gaat het om personen, maar het beroep was kennelijk zó bekend, dat verdere uitleg niet wordt gegeven.

    Enfin, we houden de Mestreechse karbinders in de gaten! Ik denk dat er een piepklein kansje is dat het beroep genoemd wordt in de Coutumes de Maestricht (Crahay) of het Receuil der Recessen (zie voor beide de Historische Encyclopedie Maastricht). Mevrouw dr. M.A. van der Eerden-Vonk, die het eerste deel van de Raadsverdragen van Maastricht, 1367-1428 transcribeerde en uitgaf in de reeks RGP, deel 218 (1992), noemt de beroepsgroep karbinders niet in het register van haar boek, dit in tegenstelling tot sommige ambachten. Nu is het maken van een register een subjectieve aangelegenheid en het is de vraag of een terloopse vermelding de moeite van het opnemen waard was. Anderzijds is het mogelijk dat deze (waarschijnlijk weinig in tel zijnde) beroepsgroep niet aan de orde is gekomen in de notulen van de Raad. Zoals ik al eerder vermeldde, behoorden de karbinders in Maastricht tot een grotere eenheid, namelijk een ambacht, waarschijnlijk dat van de zakdragers. Dat ambacht zal dan genoemd zijn in het raadsverdrag, niet een of andere groep binnen dat ambacht.

    Literatuur:
    RGP = Rijks Geschiedkundige Publicatiën, in te zien in de Stadsbibliotheek (Centre Céramique).
    Last edited by Ingrid M.H.Evers; 1 februari 2016, 21:18. Reden: aanvulling literatuur

    Leave a comment:


  • Verwijderde gebruiker
    replied
    Twee leuke links die verwijzen naar het beroep c.q. gilde van de Karbinder

    http://www.delpher.nl/nl/kranten/vie...mpeg21%3Aa0057

    http://www.delpher.nl/nl/boeken1/gvi...r=lUhNAAAAcAAJ

    Leave a comment:


  • Jef-VMG
    replied
    Ik heb duidelijk aangegeven dat mijn verhaal rond de huisnaam Carbinders en de betreffende gevelsteen gokwerk is (in ieder geval niet hard bewijsbaar) en heb - aangemoedigd door een aantal aanwijzingen - gekoppeld aan dat gokje de vrijheid genomen een paar hypothetische aannames te ventileren.
    En hoewel overtuigend taalkundig afgebrand, zijn er naar mijn gevoel toch een aantal 'toevalligheden' die niet zo maar genegeerd kunnen worden en vragen om een antwoord/oplossing. Neutraler kan ik het niet omschrijven

    Leave a comment:


  • koiranou
    replied
    Jef-VMG: Wie bekend is met de gichten (die ik nu niet bij de hand heb) weet dat het vaak onmogelijk is van daaruit de precieze locatie van een huis te bepalen; zo ook van de Twee pistolen (Brabantse Gichten 1-2-1726) en de Twee Carbinders (BG 2-4-1728 ) en of ze dus identiek zijn. Blijft gokwerk, inderdaad.

    De liefde en zorg besteed aan de Maastrichtse gevelstenen is voor mij voldoende reden om deze rubriek altijd met aandacht te volgen. Ik reageerde dan ook geschokt op uw opmerking om “…zonder al te veel vroeging nog een derde gokje toe te voegen…” alhoewel ik mijn schok niet expliciet liet merken. Ook mevrouw Evers liet duidelijk blijken uw opmerking niet zo te appreciëren.


    U vermoed een identiteit tussen Twee pistolen en Twee carbinders. De gevelsteeen ligt in een kelder in de buurt van Grote Staat 63. Om u verder op de goede weg te helpen citeer ik eerst uit www.etymologiebank.nl:
    karabijn zn. ‘geweer met korte loop’
    Vnnl. een Roer ofte Carabijn, waer van den Loop niet en sal mogen korter zijn dan drie groote Mans voeten [1599; WNT]. In het verleden ook wel carabijn ‘lichte ruiter’ [1599; Kil.], naast de afleiding carbijner ‘karabinier’ [1582; Schulten 1966], carabiner [1626; WNT].
    Ontleend aan Frans carabin ‘lichte ruiter’ [1583-90; Rey], carabine ‘het wapen van de carabin’ [eind 16e eeuw; Rey]. De persoonsaanduiding is wrsch. het oudst en de naam van het wapen daarvan afgeleid. De verdere herkomst is onzeker. Misschien is het aanvankelijk een algemeen scheldwoord geweest, ontwikkeld uit Middelfrans (e)scarrabin ‘lijkendrager tijdens de pest’ [1521; Rey], een oorspr. Occitaans woord dat wrsch. samenhangt met escarbot ‘kever’ < Latijn scarabaeus.
    Uit citaat is te concluderen:
    1. een betekenisverschuiving van persoon naar wapen;
    2. uit behoefte om de persoon aan te duiden ontstaat de afleiding carbijner;
    3. carabijn kan in Maastricht uitgesproken zijn als [karrǝBIEN] en carbijner als [kǝrBIENǝr] – en conform [DEENdǝr] als [karBEENdǝr] – en geschreven als carbinder;
    4. u moet nu wel bewijzen dat er opnieuw een betekenisverschuiving plaatsvond:
    van karabijn: van persoon naar wapen;
    van karabijner: van persoon naar wapen.
    Ik hoop dat u uw laatste melding van 30 januari in neutralere verwoording wijzigt en heb geen bezwaar als u mijn informatie hiervoor wilt gebruiken.

    Leave a comment:


  • Jef-VMG
    replied
    Wie bekend is met de gichten (die ik nu niet bij de hand heb) weet dat het vaak onmogelijk is van daaruit de precieze locatie van een huis te bepalen; zo ook van de Twee pistolen (Brabantse Gichten 1-2-1726) en de Twee Carbinders (BG 2-4-1728 ) en of ze dus identiek zijn. Blijft gokwerk, inderdaad.

    Was de bron van de wijkmeesterlijst kwijt (bedankt Ingrid), maar de herdruk van de Maasgouw staat in de kast en - hoewel moeilijk vanuit dat dikke boek - kon ik dat artikel scannen.



    Hard bewijs dat de naam Carbinder betrekking heeft op de gevelsteen met de twee karabijnen/pistolen is er dus niet, maar hoeveel toevalligheden / directe aanwijzingen zijn er nodig (Grote Staat 63, vindplaats van de gevelsteen en huisnaam Twee Carbinders in datzelfde blok, vermoedelijk nr. 63) om dat aannemelijk te vinden?
    Last edited by Jef-VMG; 31 januari 2016, 20:56.

    Leave a comment:


  • Ingrid M.H.Evers
    replied
    Oorspronkelijk geplaatst door Jef-VMG Bekijk bericht
    Zo werden vanaf het Vrijthof de volgende huizen genoemd tot aan de Leliestraat:
    int posthoorn
    twee carbinders
    de gulle caroes
    in de dry leliens
    in het cruys
    Het huis 'In de Dry Leliens' was volgens Schaepkens van Riemst (1907) identiek met het huis dat eerder bekend stond als 'Ter Lylien'. Dit was het hoekhuis van de Grote Staat en de Leliestraat. Onduidelijk is op welke hoek en stond, maar het huis In het Cruys lijkt hoe dan ook af te vallen in de rij van panden in dit huizenblok. Momenteel zijn nog steeds vier panden herkenbaar in het eerste blok aan de zuidzijde van de Grote Staat, de huidige nummers 59-65. De 'Twee Carbinders' zou dan inderdaad kunnen corresponderen met het huidige nr. 63 (M&S).

    Overigens: indien het huis 'Twee Carbinders' en 'Twee pistolen' volgens de Gichtregisters identiek zouden zijn, en daarnaast bewezen zou kunnen worden dat de gevonden steen met twee vuurwapens inderdaad bij dit huis hoort, dan blijft de stap om 'carbinders' aan het woord 'karabijnen' te koppelen, nog altijd een probleem. Het gaat op de steen duidelijk om pistolen, niet om karabijnen (waarvan de lengte van de loop tenminste de lengte van 'drie mannenvoeten' moet zijn).

    De lijst bij Doppler bewijst overigens dat het woord 'carbinder' ook in Maastricht gebruikt werd.
    Last edited by Ingrid M.H.Evers; 1 februari 2016, 21:13. Reden: aanvulling literatuur

    Leave a comment:


  • Ingrid M.H.Evers
    replied
    Het beleg van 1748

    Oorspronkelijk geplaatst door Jef-VMG Bekijk bericht
    Die wijkmeesterslijst van de Grote Staat werd opgesteld om een overzicht te krijgen van particuliere woonhuizen die in aanmerking kwamen om Franse militairen in te kwartieren. (na de verovering van 1748 ).
    Ik vond de lijst via Jules Schaepkens van Riemst (Eenige bijzonderheden omtrent straten, pleinen en bewoners.., 1907.) in De Maasgouw 16 (1894) 45-46. Deze aflevering van 30 juni 1894 staat spijtig genoeg niet op de website van Delpher. Er is daar een onderbreking van drie maanden.

    Stadsarchivaris P. Doppler publiceerde in deze aflevering het artikel 'Huizen met gevelsteenen in de Groote Staat te Maastricht in 1748'. Hij vermeldde de huizen achtereenvolgens vanaf het hoekhuis aan het Vrijthof (nu Vrijthof 1, Snacksons) aan de hand van de gevelsteen en noemde de hoofdbewoner/hoofdbewoonster. De oorspronkelijke bron - de opstelling van wijkmeester Kerens - ging echter veel verder. Deze moest volgens het raadsbesluit van 5 mei 1748 ook het aantal kamers noteren, eventueel aanwezige 'stallingen' (opstallen, bv. schuren etc.) en de namen van de officieren van het garnizoen die er in 1748 tijdens het beleg waren ingekwartierd. Het ging niet - zoals hierboven is gesteld - om logies voor Franse officieren ná het beleg, maar om een overzicht van de Staats/Oostenrijkse officieren van het verdedigende garnizoen en waar die waren ingekwartierd in de stad. (Officieren woonden nooit in barakken). Overigens geeft de lijst bij Doppler alle panden weer, ook 'In den Lupaert' en 'In de Lantscroon' die hoofdzakelijk in gebruik waren bij het stadsbestuur. Alleen het logement 'In de Wintmolen', gelegen op de hoek van de huidige Dominicanerkerkstraat, ontbreekt. Doppler heeft hier geen verklaring voor. Het zóu kunnen zijn dat het pand aanzienlijke schade had opgelopen tijdens een bombardement door de Fransen op 16 april, waarbij de stad materieel zwaar te lijden had, maar dat is vooralsnog speculatie mijnerzijds.

    Begin april 1748 sloegen de Fransen het beleg en sloten de stad in. Het garnizoen bestond toen uit circa tienduizend (10.000!) Staatse en Oostenrijkse troepen, waaronder enkele honderden officieren. Het beleg van Maastricht was een onderdeeltje in de Oostenrijkse Successieoorlog (1740-1748 ), waar half Europa bij betrokken was. Op 30 april werd in Aken tussen de geallieerden en de Fransen de vrede in die oorlog gesloten. Op 3 mei arriveerden koeriers te Maastricht om een en ander bekend te maken bij de strijdende partijen. Voor de geallieerden betekende de nieuwe vrede onder meer dat Maastricht moest worden afgestaan aan de Fransen.

    De belegerende Fransen en het stedelijk garnizoen sloten een wapenstilstand van enkele dagen. Op 7 mei capituleerde de vesting eervol en op 10 mei verlieten de Staats-Oostenrijkse troepen 's-morgens met vliegende vaandels en alle krijgseer de stad. Met hopelijk ook alle officieren die Kerens en zijn collega-wijkmeesters op 5 mei 'in kaart' hadden gebracht. Want indien er ook maar ééntje achterbleef, zou dat de capitulatievoorwaarden schenden en dus de stad hebben geschaad. Houdt steeds in gedachten dat 'de stad' (de burgerlijke autoriteiten) en 'de vesting' (de militaire autoriteiten) niet een en dezelfde partij waren; zij hadden vaak heel verschillende belangen.

    Over dit beleg zie onder meer Ubachs/Evers, Historische Encyclopedie Maastricht (2005), trefwoord beleg, 1748. De Fransen zouden minder dan een jaar de stad bezetten. Op 3 februari 1749 vertrokken ze weer. Een tastbare herinnering aan deze periode is de Maastrichtse maquette, door Franse officieren van de genie opgemeten en gebouwd. Wie hem nog niet kent: een kopie ervan staat permanent tentoongesteld op de vierde verdieping van het Centre Céramique te Maastricht.
    Last edited by Ingrid M.H.Evers; 1 februari 2016, 21:11. Reden: redactie en aanvulling

    Leave a comment:


  • Jef-VMG
    replied
    Die wijkmeesterslijst van de Grote Staat werd opgesteld om een overzicht te krijgen van particuliere woonhuizen die in aanmerking kwamen om Franse militairen in te kwartieren. (na de verovering van 174.
    Dus niet alle gebouwen (o.a. de Lanscroon en hotel de Wintmolen) zijn daar in opgenomen en de juiste adressering is zonder huisnummer natuurlijk lastig, maar de volgorde van de opgenomen huizen werd duidelijk aangehouden. Zo werden vanaf het Vrijthof de volgende huizen genoemd tot aan de Leliestraat:
    int posthoorn
    twee carbinders
    de gulle caroes
    in de dry leliens
    in het cruys

    De gevelsteen met de twee karabijnen is in diezelfde blok huizen in de kelder van Grote Staat 63 teruggevonden.
    Als je daar dan het lijstje van huizen naast legt ...... Er is er maar eentje met 'twee' in de naam en die andere namen hebben niks met een vuurwapen te maken.
    Maar een echt bewijs is dat natuurlijk niet.

    Leave a comment:


  • Ingrid M.H.Evers
    replied
    Wat nu te doen met de opmerking in de bewuste aflevering van 'Kiek ins nao bove' 'dat in een wijkmeesterslijst van de Grote Staat uit 1748 sprake is van een huis dat de ‘twee carbinders’ werd genoemd en dat in de gichten van koop en verkoop van huizen een huis in die straat werd vermeld onder de namen de ‘twee carbinders’ en de ‘twee pistolen’. Heeft de VMG dan toch gelijk als zij het huis in de Wijkmeesterslijst van 1748 en dat in de Gichten als identiek inschat en de naam 'twee carbinders' en 'twee pistolen' eveneens? En de lokalisering van het pand naar maatstaven van na 1888?

    Wat mij betreft niet. Althans niet voordat ik de exacte gegevens van de vindplaatsen heb en die heb kunnen verifiëren. Niet dat ik twijfel aan de goede wil van de VMG. Ik twijfel aan de interpretatie van de gegevens in de genoemde bronnen. Ik heb even de handen vrij, dus als Jef wat steun in de rug wil hebben...? Het e-mailadres is bekend.
    Last edited by Ingrid M.H.Evers; 1 februari 2016, 21:01. Reden: correctie

    Leave a comment:


  • Ingrid M.H.Evers
    replied
    Gilde en ambacht

    Wat betreft het door Goswin en Jägers genoemde 'gilde van de mandenmakers': dat bestond helemaal niet. In Maastricht gebruikte men het woord 'gilde' niet, men sprak van een 'ambacht'. De korvers of mandenvlechters vormden geen eigen ambacht, maar waren een beroepsgroep onder het ambacht van de vissers.

    Tot welk ambacht de karbinders behoorden, is niet meteen duidelijk omdat het woord in Maastricht niet gebruikt schijnt te zijn. Aangezien deze mensen karren oplaadden en ook weer losten, vermoed ik dat we hen moeten zoeken onder het ambacht van de zakdragers.
    Last edited by Ingrid M.H.Evers; 30 januari 2016, 15:38.

    Leave a comment:


  • Ingrid M.H.Evers
    replied
    Wat betreft: 'De twee karbinders'

    In de posting 144 is bij de Gevelstenenrubriek 'Kiek ins nao bove', dd. 1 februari 2016, dit citaat te vinden: 'Er kan dus zonder al te veel wroeging nog een derde gokje aan toegevoegd worden: karbinder is een vroegere schrijfwijze van karabijn.'

    Nou nee, dat is wel een beetje erg kort door de bocht, Jef. Dat een woord als 'carabijn' of 'karabijn' toevallig óók begint met 'car', wil niet zeggen dat het eenzelfde herkomst heeft als 'carbinder'. Om hier bij een gevelsteen met twee karabijnen te spreken van twee 'carbinders', is op geen enkele manier te verantwoorden. De Bijlage bij het raadsbesluit van 7 augustus 1962 gaf een duidelijke en directe uitleg, die door het Groot Woordenboek der Nederlandsche Taal wordt ondersteund: karbinders waren karreladers.

    Goswin en Jägers gaven in hun uitgave 'Maastricht, een straat, een naam' in 1989 een correcte verklaring voor een van de betekenissen van het woord 'care', namelijk korf of mand. Vervolgens vielen zij in eenzelfde valkuil als waartoe jij je hebt laten verleiden: zij koppelden het woord 'binden' aan iets dat goed begrijpbaar leek: het vlechten van manden. De laatste regel in hun citaat is een beetje te direct gesteld. Beter had er kunnen staan: 'Karbinders verwijst dus waarschijnlijk naar het gilde van de mandenmakers'. Temeer omdat ze zelf al aangaven dat bij het woord 'car' of 'caere' hun keuze voor de betekenis 'mand' niet zonder meer juist hoefde te zijn.

    Goswin en Jägers hebben indertijd een fotokopie gemaakt van alle raadsbesluiten vanaf 1934 inzake nieuwe of te veranderen straatnamen. De bijlagen van die raadsbesluiten hebben zij echter niet gezien, zodat zij met hun beschrijving moesten uitgaan van wat zij zelf konden vinden, of bedenken. Ik vermoed dat zij voor de oudere begrippen (zoals de namen van beroepen en ambachten) niet de beschikking hadden over, of gedacht hebben aan, het raadplegen van het (Groot) Woordenboek der Nederlandsche Taal.

    Deze geweldige, zeer omvangrijke, want enkele tientallen delen tellende uitgave is nu via het Internet voor iedereen toegankelijk.Het woord ‘karbinder’ of ‘kerbinder’ blijkt een term die wordt vermeld in enkele uitgaven van laat-middeleeuwse bronnen, zoals de Placcaeten ende Ordonnantien van de hertoghen van Brabant (zie link) en in het Antwerps Archievenblad 1 (Genard).

    De samenstellers van de in 2013 verschenen uitgave De Straatnamen van Maastricht (populair 'het straatnamenboek van Maastricht' genoemd), hebben er wel het WNT op nageslagen. Zij volgen de uitleg van het raadsbesluit, maar komen met nog een tweede mogelijkheid. Daarbij zou een karbinder een man zijn die een ‘binde’ of platte ijzeren ‘lat’ maakt ter bevestiging op het loopvlak van een houten wiel. Deze suggestie wordt echter door geen enkele bron ondersteund en ik vind het jammer dat zij is genoemd. Het leidt maar tot speculaties die eigenlijk geen grond hebben.

    Resumerend: een ‘karbinder’ was een lader/losser van voertuigen. Het woord heeft niets te maken met een karabijn.

    NOTA BENE: Ik zie nu dat Koiranou tot dezelfde conclusies is gekomen als ik en mij ruimschoots voor is geweest. Dat heb je ervan als je de webpagina's niet ververst!
    Last edited by Ingrid M.H.Evers; 1 februari 2016, 21:00.

    Leave a comment:


  • koiranou
    replied
    "Er kan dus zonder al te veel wroeging nog een derde gokje aan toegevoegd worden: karbinder is een vroegere schrijfwijze van karabijn." Jef-VMG

    In het WNT deel VII, 1 staan onder kar de woorden karbinder/kerbinder met een tekst uit 1564:
    Salaris … der kerbinders, van het laeden ende ontlaeden der waegens en kerren,
    bij génard, Antw. arch. 1, 279 [1564].


    Wel vind ik bij karabinier

    Afl.Karabijner (zie bij KARABINIER): znw. m. Naar fra.carabinier (waarnaar ook eng.carabineer, nhd.karabinier)

    Mogelijk zou gedacht kunnen worden dat het Franse car(a)binier in Maastricht rond 1700 als karbienjee is uitgesproken, maar jammer genoeg staat er geen tekst op de getoonde steen.

    Leave a comment:

Bezig...
X