Indien dit uw eerste bezoek is, vergeet dan niet de FAQ te lezen door op de bovenstaande verwijzing te klikken. U dient zich te registreren voordat u kunt gaan posten. Klik op de registreer verwijzing hierboven om te vervolgen. Om te beginnen met het tonen van de berichten selecteert u het forumdeel welke u wil gaan bezoeken middels gebruikmaking van de onderstaande selectie.
Ter info:
Mocht er zich onverhoopt een probleem en/of fout voordoen tijdens uw aanmelding, meldt deze dan aub. aan ons (door op de onderstaande gekleurde tekst te klikken).
Wij zullen u dan via email contacteren en zorg dragen voor uw aanmelding zodat u gebruik kunt maken van het forum! Registreren lukt niet, ik kan mij niet aanmelden!
Elders op MestreechOnline hebben we het over een onbekend schilderij dat we na enig onderzoek (mogelijk) toeschrijven aan Philip Sadée.
Het blijkt dat Philip Sadee ook een schilderij maakte van een kegelbaan in Limburg. In ieder geval schilderde Sadee regelmatig in Maastricht en wellicht is onderstaand (helaas zwart/wit) schilderij dat gepubliceerd werd in het Elsevier Maandschrift 1893 wel in Maastricht gemaakt.
Last edited by Pier; 23 november 2020, 19:46.
Reden: Aanpassen Unicode
Een bloeiende mannenvereniging was "De vieftig keigeleers ", die op een gegeven moment de "Maestrichtoise" oprichtte, een mannenzangvereniging, die hoofdzakelijk ten eigen genoegen een lieder-repertoire uitvoerde. Hoe weinig serieus de opzet was, bleek wel uit de keuze van de 'directeur' uit hun midden. Dat was de "tottel Wesly", die zijn bijnaam te danken had aan het stamelend en toonloos aangeven van de begintoon van de uit te voeren gezangen.Toch zou uit deze "Maestrichtoise "de latere Maastrichter Staar groeien!
Kennelijk gaat het verhaal van Clemens met betrekking tot het koffiehuis van Baartmans niet over de Tafelstraat, maar over het Vrijthof. Helemaal zeker ben ik daar toch niet van. Uit een ander verhaal van Clemens kreeg ik de indruk dat het juist níet om het Vrijthof ging. Misschien had Baartmans twee lokaties?
Enfin, wie het fijne ervan wil weten moet even naar de bibliotheek, vrees ik. Ik heb de gegevens niet meer bij de hand.
Baartmans duikt hier weer op in de krant van 04-05-1826(!) omdat hij óf een prijs heeft gewonnen in de 134e Loterie Royale 2e Classe ,
óf omdat hij geld terugkrijgt van de Belastingen.
Bron : Historische kranten Krant : Journal de Maestricht
Hij krijgt geld terug van de belasting. 'Buitengewone belasting betaald voor het Burgerlijk hospitaal deze stad, in den jare 1814'. Hij woonde toen op het Vrijthof.
Oorspronkelijk geplaatst door Ingrid M.H. EversBekijk bericht
De Heer Baartmans lacht, laat het geld in zijnen zak rammelen; ik zie hem lagchende aan, knip hem een oogje toe, neem mijn glas madera [!] en ga zitten naast mijnen vriend, zes personen aan één tafeltje; de stoep, de zaal, alles is opgepropt vol met menschen. Hier speelt men, dáár fluistert men elkander iets in het oor; ginds wordt hartelijk gelagchen, (...) waarboven het geklank der sleepsabels en een toon of drie-vier uit deze of gene opera zich verheffen. Men is [hier] in geen Hollandsch, maar in een Brabandsch [!] koffijhuis; stijfheid wordt niet binnengelaten ten einde [dat] de vrolijkheid door haar niet verbannen worde.
Heel leuk, inderdaad! Wel een hoog Dickens-gehalte. Weet ook niet of de 19e eeuw iets voor mij was geweest
Alleen jammer dat C.H. Clemens er 172 jaar geleden even niet aan gedacht heeft om tbv www.mestreechonline.nl te vermelden dat er ook een kegelbaan in de maak was in koffijhuis Baartmans.
In 1855 woonde overigens, volgens het adresboek, geen familie Baartmans in Maastricht.
Het adresboek van 1855 is niet echt vergelijkbaar met dat van 1875 of later. Het heeft slechts een rudimentair adressenbestand. De hoofdmoot van het boekje is een persoonlijk verslag over de stad van de schrijver. Misschien moeten we dus niet teveel waarde hechten aan het gegeven dat Baartmans er niet in wordt genoemd.
Reisverslagen waren erg in in de negentiende eeuw. Zo begaf zich meteen na afloop van de Belgische Opstand ene C.H. Clemens op weg door Noord-Brabant en Limburg en deed daarbij ook Maastricht aan. Aardig is dat Clemens uitgebreid schrijft over 'het koffijhuis bij Baartmans'. Hij voert de uitbater al sprekend op:
' "Mijn Heer Baartmans! uw koffijhuis heeft ook geen zigtbaar nadeel door de omwenteling geleden."
"Oh! neen, dat schikt vrij wel."
"Dat zie ik: uw koffijhuis wordt druk bezocht, en gij hebt goede en groote veranderingen laten maken; dit heb ik sedert eenige dagen meer te Maastricht opgemerkt; de omwenteling schijnt de stad goed gedaan te hebben."
De Heer Baartmans lacht, laat het geld in zijnen zak rammelen; ik zie hem lagchende aan, knip hem een oogje toe, neem mijn glas madera [!] en ga zitten naast mijnen vriend, zes personen aan een tafeltje; de stoep, de zaal, alles is opgepropt vol met menschen. Hier speelt men, dáár fluistert men elkander iets in het oor, ginds wordt hartelijk gelagchen, (...) waarboven het geklank der sleepsabels en een toon of drie-vier uit deze of gene opera zich verheffen. Men is [hier] in geen Hollandsch, maar in een Brabandsch [!] koffijhuis; stijfheid wordt niet binnengelaten ten einde [dat] de vrolijkheid door haar niet verbannen worde. (...) Er heerscht [in het lokaal] net zoo veel orde als bij ons [in Holland] maar meerdere vrolijkheid en levendigheid dan bij ons, waar de hoofdpret uit het rooken zijner pijp, het drinken van een glaasje jenever met suiker of een bittertje bestaat.'
Clemens constateert vervolgens dat Hollanders in een koffijhuis 'veel rooken en veel drinken', maar dat ze er weinig praten en al helemaal niet zingen. Bij Baartmans vindt hij een gezelligheid die hij in het Noorden nooit heeft gezien.
Literatuur:
De uitgave van Clemens is aanwezig in de Stadsbibliotheek, maar vanwege de ouderdom (1840) is het boek alleen ter inzage.
Bovenstaand verhaal is echter ook uitgegeven in:
W. Jappe Alberts en J.M. van Winter, Nederland voor honderd jaar, 1859-1959. (1959), pp. 239, 241. Deze titel is wel te leen.
Last edited by Pier; 23 november 2020, 19:45.
Reden: Aanpassen Unicode
In De Linkerpoort, het bondsorgaan van de Maastrichtse Kegelbond, van begin 2001 staat (pdf bestand, bladzijde 14 t/m 16) een uitgebreid artikel naar aanleiding van het 140-jarig bestaan van de 50 Keigeleers: http://www.maastrichtse-kegelbond.nl...01%20-%201.pdf
Als aanvullend bewijs dat de steen gebruikt werd voor het kegelen. In Duitsland is dit de definitie van (zoals wij het hier genoemd hebben) de kegelsteen:
Kegelstand:
Die Stellfläche der 9 Kegel besteht - aus der Wurfrichtung gesehen - aus einem auf der Spitze stehenden Quadrat, dem Vierpaß. In diesem Vierpaß sind Standplatten eingelassen, auf die die Kegel gesetzt werden (Im Kegelboden ist eine leicht federnde Stahlkugel montiert, die genau in die Standplatte paßt).
Ze zijn ook gewoon te koop, in moderne uitvoering voor 225 Euro, lang niet zo fraai als de 'onze':
Leave a comment: