Oorspronkelijk geplaatst door Pier
Bekijk bericht
De vele bezoekers van het HCL zijn nog niet op de hoogte gesteld. Dat zou gemakkelijk te doen zijn geweest, want ze hebben allemaal een archief-identiteitsbewijs gekoppeld aan hun huisadres, maar daaraan heeft men drie weken voor het nieuwe jaar (en twee weken voor de eindejaarssluiting op 24 december) kennelijk nog geen aandacht kunnen besteden.
Het artikel gaat over het HCL. Dat is het Historisch Centrum Limburg, met de vestiging Maastricht - ooit het gecombineerde Rijksarchief in Limburg en Gemeentearchief Maastricht - en Heerlen (voorheen het streekarchief Rijckheyt). Dat is momenteel op beide locaties drie dagen per week open (di., wo., en do.,), behalve in juli en augustus (di., do.).
'Maastricht' gaat dus dicht; je kunt er als gebruiker niet meer even binnenlopen om iets na te zien, maar moet je van tevoren aanmelden en je stukken reserveren. (Alsof je op basis van de gegevens op de website altijd tevoren kunt zeggen wat je precies zoekt!)
Het SHCL, ofwel Sociaal Historisch Centrum Limburg, sinds kort: Tracé, het samenlevingsarchief, woont in bij het HCL. Daarom zijn die openingstijden gecombineerd. Wat niet wegneemt, dat in uitzonderingsgevallen het SHCL onderzoekers al langer op afspraak faciliteert op de HCL-gesloten dagen, mits de gevraagde gegevens komen uit het eigen archiefbestand. Wat er met hun openingsdagen gaat gebeuren, is mij ook nog onbekend.
Hoe het nu verder moet, is een open vraag. Tevoren aanmelden bij het Historisch Centrum Limburg past in een trend in archiefland; het is inmiddels ook bij andere archiefdiensten ingevoerd.
Erger vind ik de beperking tot slechts drie (en straks nog minder?) dagen. Historisch onderzoek vraagt geweldig veel lees- en onderzoekstijd. En zeggen dat men straks alle bestanden digitaal kan bereiken, is werkelijk zeer de vraag. Ik denk niet dat ik dat nog ga meemaken.
Komt er nu ook een limiet aan het aantal bezoekers? Want wat ook heel belangrijk is, is dat veel bezoekers - zowel historisch als genealogisch geïnteresseerden, vaak de risee zijn van hun omgeving (wat moet je toch met al dat oud papier? Ouwe hap!) . In de studiezaal en koffiekamer ontmoeten zij soortgenoten. Het archief is ook een centrum met een sociale functie. Men treft er vrienden van jaren her en kennissen die men alleen dáár vindt, omdat ze dezelfde interesses hebben. Men kan er ervaringen uitwisselen en tips geven. Ik loop al sinds 1981 mee bij 'het archief' (dat wordt dus 44 jaar) en heb de neiging om elke bezoeker die ik niet ken, te vragen waarmee hij/zij bezig is. Een luisterend oor stimuleert beiden, maar nog steeds krijg ik ook zelf suggesties voor mijn eigen lopend onderzoek. Zeker nu sinds de afgelopen decennia de studie van de geschiedenis zoveel meer (andere) disciplines te hulp roept, is het gesprek in de koffiekamer niet alleen een gezellige, maar ook een waardevolle tijdsbesteding.
Met de huidige plannen wordt daar zonder meer een streep door getrokken. We worden veroordeeld tot ons zolderkamertje en komen niet meer onder 'onze' mensen. We gaan in de toekomst in feite gedwongen terug naar de eenzame en beperkte jaren in Coronatijd. Met alle negatieve gevolgen voor de kwaliteit van het resultaat.
Leave a comment: