Iemand vroeg een paar weken geleden wat op Sint Pieter nu precies het oprichtingscafé is geweest van de Sociëteit Momus: de Roode Haan of de Roode Hen? Ik kan het betreffende draadje niet meer terugvinden, maar ik heb er intussen mijn aantekeningen op nageslagen en geef het antwoord dus maar hier.
In het door mij in 1981 geschreven Silhoutje De Momus (gepubliceerd in 1982) staat dat het idee werd geboren in 'Schrijnemakers' café De Roode Haan' (p. 7). Ik steunde met die vermelding op de in 1938 verschenen, laatste herdenkingsbrochure van de Momus: Matthias Kemp, Momus-Jubilei 1839-1938, 9 x 11 (+ 11/11), Maastricht (Veldeke), pag. 6. Met dat 11/11 in de titel werd 'elf elfde' bedoeld. De telling sinds de oprichting in 1839 was dus negen keer elf jaar plus elf elfde, en dat moet dan 1938 zijn.
Kemp heeft het echter over Café "In de Roode Hen", van 'de heer Schreinemaekers', niet over 'De Roode Haan' van 'Schrijnemakers'.
Ik kan me herinneren dat er bij de redactie hierover nogal wat discussie was. Kon dat wel, die Rode Hen? bestond dat café toen al? Bedenk dat in de jaren 1980 het kadaster in Roermond zat en dat het tijd en geld kostte daar het angtwoord op een historische vraag boven water te krijgen. Uiteindelijk is de knoop doorgehakt. Het werd: Roode Haan en Schrijnemakers. Maar een werkelijk hard bewijs voor het een of het ander was er toen niet en nu nog niet.
In deze discussie heeft zeker meegespeeld dat in 1981 H.F.L.M. Janssens een doctoraalscriptie publiceerde met de titel Momus 1840-1878, een aanzet tot plaatsbepaling van de Maastrichtse sociëteit. Venlo 1981 (Nijmegen, Katholieke Universiteit). Janssens constateerde dat de verschillende herdenkingsbrochures op veel plaatsen onnauwkeurig waren, iets dat mij ook was opgevallen. Details heb ik niet meer bij de hand.
De sleutel voor een oplossing van het Haan of Hen-probleem zit natuurlijk in de eigenaar van het café. Misschien dat iemand via het digitale kadaster boven water krijgt van welk café Schreinemaekers/Schreinemakers/Schrijnemakers nu precies de eigenaar was.
In het door mij in 1981 geschreven Silhoutje De Momus (gepubliceerd in 1982) staat dat het idee werd geboren in 'Schrijnemakers' café De Roode Haan' (p. 7). Ik steunde met die vermelding op de in 1938 verschenen, laatste herdenkingsbrochure van de Momus: Matthias Kemp, Momus-Jubilei 1839-1938, 9 x 11 (+ 11/11), Maastricht (Veldeke), pag. 6. Met dat 11/11 in de titel werd 'elf elfde' bedoeld. De telling sinds de oprichting in 1839 was dus negen keer elf jaar plus elf elfde, en dat moet dan 1938 zijn.
Kemp heeft het echter over Café "In de Roode Hen", van 'de heer Schreinemaekers', niet over 'De Roode Haan' van 'Schrijnemakers'.
Ik kan me herinneren dat er bij de redactie hierover nogal wat discussie was. Kon dat wel, die Rode Hen? bestond dat café toen al? Bedenk dat in de jaren 1980 het kadaster in Roermond zat en dat het tijd en geld kostte daar het angtwoord op een historische vraag boven water te krijgen. Uiteindelijk is de knoop doorgehakt. Het werd: Roode Haan en Schrijnemakers. Maar een werkelijk hard bewijs voor het een of het ander was er toen niet en nu nog niet.
In deze discussie heeft zeker meegespeeld dat in 1981 H.F.L.M. Janssens een doctoraalscriptie publiceerde met de titel Momus 1840-1878, een aanzet tot plaatsbepaling van de Maastrichtse sociëteit. Venlo 1981 (Nijmegen, Katholieke Universiteit). Janssens constateerde dat de verschillende herdenkingsbrochures op veel plaatsen onnauwkeurig waren, iets dat mij ook was opgevallen. Details heb ik niet meer bij de hand.
De sleutel voor een oplossing van het Haan of Hen-probleem zit natuurlijk in de eigenaar van het café. Misschien dat iemand via het digitale kadaster boven water krijgt van welk café Schreinemaekers/Schreinemakers/Schrijnemakers nu precies de eigenaar was.
Opmerking