De raadsbesluiten van 23 maart en 14 mei 1886 geven de notaris Nierstrasz de opdracht een notariële akte op te maken waarbij de gemeente een terrein overdraagt aan de N.V. Maastrichtsche Badhuis Maatschappij te Maastricht, deel uitmakend van het Bogaardenplein. De overdracht kost de N.V. jaarlijks een vaste rente van Fl. 10,=, zij hebben het recht de rente af te kopen tegen een bedrag van Fl. 4500,=, uiterlijke betalingstermijn is 31 december 1915.
Op 14 mei 1886 wordt door de N.V. Maastrichtsche Badhuis Maatschappij te Maastricht een badhuis geopend aan de Bogaardenstraat 38 te Maastricht. Naast het badhuis op huisnummer 36 bevond zich het woonhuis van de badmeester.

Achterzijde van het badhuis, met links het woonhuis van de badmeester
In het verslag van de Raadsvergadering van 15 november 1912 vraagt de N.V. om kwijtschelding van de Fl. 4500,= om in de gelegenheid te zijn noodzakelijke vernieuwingen in het badhuis aan te brengen. De Raad beslist uiteindelijk dat het geld niet wordt kwijtgescholden maar dat de termijn wordt vooruitgeschoven naar 31 december 1925.
Dan wordt er op 31 december 1915 een brief van de N.V. gestuurde naar B&W van Maastricht. In deze brief zegt het bestuur dat zij opdracht hebben gekregen van de Algemene Vergadering van 4 september de N.V. te liquideren. Tevens biedt de N.V. het badhuis en de woning aan de gemeente aan voor de somma van Fl. 5000,=. De inventaris wordt geschat op Fl. 600,=.
Kort na de liquidatie van de N.V. op 13 november 1918 koopt de gemeente Maastricht voor ruim 11.000 gulden het badhuis met woning gevestigd in het pand Bogaardenstraat 38 van de N.V. Maastrichtsche Badhuis maatschappij.
Het bedrag wordt uitbetaald aan de bestuursleden:
Victor Leon Albert Grossier, van beroep apotheker, voorzitter
Victor Leon Marie Schols, van beroep koopman, secretaris
Lambertus Fredericus Benjamin Eduard Henteius, rentenier, penningmeester
Maria Fredericus Josephus Corten, van beroep wijnhandelaar, bestuurslid

Bron: RHCL, map raadsbesluiten gemeenteraad Maastricht aangaande bad- en zweminrichtingen
Op 14 mei 1886 wordt door de N.V. Maastrichtsche Badhuis Maatschappij te Maastricht een badhuis geopend aan de Bogaardenstraat 38 te Maastricht. Naast het badhuis op huisnummer 36 bevond zich het woonhuis van de badmeester.

Achterzijde van het badhuis, met links het woonhuis van de badmeester
In het verslag van de Raadsvergadering van 15 november 1912 vraagt de N.V. om kwijtschelding van de Fl. 4500,= om in de gelegenheid te zijn noodzakelijke vernieuwingen in het badhuis aan te brengen. De Raad beslist uiteindelijk dat het geld niet wordt kwijtgescholden maar dat de termijn wordt vooruitgeschoven naar 31 december 1925.
Dan wordt er op 31 december 1915 een brief van de N.V. gestuurde naar B&W van Maastricht. In deze brief zegt het bestuur dat zij opdracht hebben gekregen van de Algemene Vergadering van 4 september de N.V. te liquideren. Tevens biedt de N.V. het badhuis en de woning aan de gemeente aan voor de somma van Fl. 5000,=. De inventaris wordt geschat op Fl. 600,=.
Kort na de liquidatie van de N.V. op 13 november 1918 koopt de gemeente Maastricht voor ruim 11.000 gulden het badhuis met woning gevestigd in het pand Bogaardenstraat 38 van de N.V. Maastrichtsche Badhuis maatschappij.
Het bedrag wordt uitbetaald aan de bestuursleden:
Victor Leon Albert Grossier, van beroep apotheker, voorzitter
Victor Leon Marie Schols, van beroep koopman, secretaris
Lambertus Fredericus Benjamin Eduard Henteius, rentenier, penningmeester
Maria Fredericus Josephus Corten, van beroep wijnhandelaar, bestuurslid

Bron: RHCL, map raadsbesluiten gemeenteraad Maastricht aangaande bad- en zweminrichtingen
Opmerking