Indien dit uw eerste bezoek is, vergeet dan niet de FAQ te lezen door op de bovenstaande verwijzing te klikken. U dient zich te registreren voordat u kunt gaan posten. Klik op de registreer verwijzing hierboven om te vervolgen. Om te beginnen met het tonen van de berichten selecteert u het forumdeel welke u wil gaan bezoeken middels gebruikmaking van de onderstaande selectie.
Ter info:
Mocht er zich onverhoopt een probleem en/of fout voordoen tijdens uw aanmelding, meldt deze dan aub. aan ons (door op de onderstaande gekleurde tekst te klikken).
Wij zullen u dan via email contacteren en zorg dragen voor uw aanmelding zodat u gebruik kunt maken van het forum! Registreren lukt niet, ik kan mij niet aanmelden!
Met dank aan Jef-VMG voor de aanzet en de verbeteringen. Het zal waarschijnlijk op enkele punten verbetering behoeven.
De zoekfunctie MO leverde geen resultaten op m.b.t. de Congregatie van de Zusters Ursulinen, vandaar een kleine aanzet. De Veritas, 9e jaargang – zaterdag 8 februari 1941 – no. 19, leverde de volgende informatie op.
De Broeders van de Onbevlekte Ontvangenis scheiden in 1841 de jongens en de meisjes, toen zij de bewaarschool de Bogaardenstraat overnamen. De toenmalige Mgr. L.H. Rutten nam samen met zijn zuster Antoinette de meisjes onder hun hoede in het pand Kesselskade 53. (dit was de nummering in 1941)
In dit pand werd een nieuwe bewaarschool gevestigd in 1843. Antoinette Rutten gaf samen met mejuffrouw Hingelhamber onderwijs aan de arme meisjes. Na het ziekbed van Hingelhamber, circa 1850 vroeg Mgr. Rutten diverse malen om hulp en krijgt uiteindelijk drie zusters “Dames Ursulines”, onder de voorwaarde dat hij voor huisvesting en onderhoud zorgde. De dames namen hun intrek in de woning van Mgr. Rutten aan de Jodenstraat. Op kosten van Mgr. Rutten werden er gebouwen en een kapel gebouwd. Uiteindelijk groeide de bewaarschool door tot leerschool. Eind 1850 traden drie postulanten in bij de Zusters. Op 23 januari 1851 kleedde Mgr. Rutten de eerste zuster en zij ontving de naam Soeur Antoinette. Deze naam werd haar gegeven uit dankbaarheid naar Mgr. Rutten en diens zuster.
De Dames Ursulines waren slotzusters en leefden gescheiden van de buitenwereld, meestal gesymboliseerd door een hekwerk of tralies voor ramen. Mere, overste, Joseph komt snel met bouwplannen voor schoollokalen, andere vertrekken, een zaal met daarbovenop een kapel. Met name het laatste de kapel, daar was dringend behoefte aan. De Zusters hoefden dan niet meer over straat naar de Mathiaskerk te lopen. In 1853 wijdt Mgr. Rutten de kapel in. De kapel moet hebben gestaan in het blok begrenst door: Kesselskade, Mariastraat, Muntstraat en Jodenstraat.
Het onderwijs van de Zusters Ursulinen sloeg in de stad aan. Met name de gegoede burgerij werd jaloers op de leerschool en wilden dat hun kinderen tegen betaling ook daar les kregen. Dit was tegen het zere been van Mgr. Rutten, want hij wilde alleen maar onderwijs geven aan arme kinderen. Uiteindelijk moest hij toegeven, ondanks tegenwerking van de inspecteur Smalhousen. Men had namelijk toestemming van de inspectie nodig indien er betalend onderwijs werd gegeven. Het lukte Mgr. Rutten om dit voor elkaar te krijgen.
In 1854 stierf Mere Joseph en zuster Antoinette volgde haar op. Zij was energiek en realiseerde dat de betalende kinderen de school via de Jodenstraat binnenkwamen en de arme kinderen via de Mariastraat. Door de toename van kinderen werd de school snel te klein en Zuster Antoinette ging uitkijken naar een nieuwe locatie binnen het centrum. Zij vond uiteindelijk het huis van Bonhomme, gelegen aan de Grote Gracht met de hoek Capucijnenstraat. Het pand werd op 17 december 1862 aangekocht voor 24.700 gulden door de heer Schols in opdracht van Zuster Antoinette. De drukker/fabrikant van behangpapier Claereboets gaf genereuze bedragen om het klooster en school te verbouwen. Twee dochters van hem traden in de orde van de Ursulinen. Op 31 maart 1863 verhuisden de zuster en de school naar hun nieuwe bestemming. Op 31 mei 1863 legt Mgr. Rutten de eerste steen voor de nieuwe kapel aan de Capucijnenstraat.
In 1889 namen de Zusters van het Arme Kind Jezus het schoolcomplex aan de Grote Gracht over en zetten dit met succes door tot ……
Het ontcijferen van de gedenkteken leverde het volgende op:
Evangelium Regulae (geleefd hebbende volgens de regels)
Mere Vincent Deced 3/6 1853 (overlijdensdatum)
Mere M. Joseph Supre 21/9 1854
Dit is de link naar het door Toller genoemde krantenartikel, dat eigenlijk gewijd is aan mgr. Ludovicus (Louis) Rutten, medeoprichter van de Broeders van de Beyart die onderwijs gaven aan jongens, en eveneens begaan was met het onderwijs aan meisjes. Toen ik mij dik twintig jaar geleden bezig hield met deze vroege onderwijsgeschiedenis, bestond de KB krantenbank nog niet en ik ken dit artikel dus niet. Wat ik wel kan zeggen is dat wat de krant voorstelt als de vroege gang van zaken, enige bijstelling behoeft.
Wie het boekje De Kommel, zusterhuis - kindertehuis, 1853-1990 leest, komt meer te weten over Julie Stinglhambert. Google bevestigt dat deze achternaam van Franse oorsprong is.
Heb vanavond een boekwerk, dat samengesteld is door Wil Lem onder ogen gehad. Het zijn allemaal luchtfoto's van de stad. Op twee van deze foto's zie je in het vierkant van de Kesselskade, Jodenstraat, Muntstraat en Mariastraat een rechthoekig gebouw met een platdak. Tegen de kop van dit gebouw staat haaks ook een rechthoekig gebouw maar met een schuindak. Aan de kop van dit gebouw, zicht richting Muntstraat, is er een uitsteeksel geplaatst, je zou zeggen dat dit de eerste Ursulinenkapel is die rond 1850 zou zijn gebouwd. Is er iemand die contact heeft met Wil Lem, om te kijken of de luchtfoto's digitaal te krijgen zijn
Bedoel je niet gewoon de Vincentiuskapel (ook wel H. Geestkapel genoemd) die achter het deurtje van Kesselkade 53 lag/ligt, nu in gebruik als museumruimte bij de Historische Drukkerij in de Jodenstraat?
[Inv.nr. 21: notulen 19 juli 1868 en 24 juli 1868]. Tot deze eigendommen behoorden de panden Jodenstraat 22, Kesselskade (voorheen Bokstraat) 52/53 en Mariastraat 19, en de achter deze huizen gelegen kapel, kloosterhuis en schoollokalen van de zusters ursulinen. Dit hele complex was in 1850 door mgr. L.H. Rutten aan de zusters ter beschikking gesteld toen deze naar Maastricht kwamen voor het geven van onderwijs aan meisjes. In 1864 vertrokken de ursulinen naar de Grote Gracht. Wel bleven ze les geven aan de bewaar-en lagere school voor meisjes.
Op 5 augustus 1867 schonk Rutten de gebouwen aan de Sint-Vincentiusvereniging, op voorwaarde dat de vereniging het armenonderwijs zou voortzetten. [Inv. nrs. 8 en 16]. De vereniging kocht weliswaar de gebouwen van mgr. Rutten, maar kreeg de koopsom onmiddellijk terug.
In de kapel werden voortaan missen gelezen voor overleden leden en weldoeners en bij gelegenheid van de verenigingsfeesten, terwijl de zaal onder de kapel dienst deed als vergaderruimte. Het gebouwencomplex, nog uitgebreid door de aankoop van belendende panden in de Mariastraat en aan de Kesselskade, werd in 1980 grotendeels afgestoten. [Inv. nr. 266].
Oorspronkelijk geplaatst door Ingrid M.H. EversBekijk bericht
Bedoel je niet gewoon de Vincentiuskapel (ook wel H. Geestkapel genoemd) die achter het deurtje van Kesselkade 53 lag/ligt, nu in gebruik als museumruimte bij de Historische Drukkerij in de Jodenstraat?
Die bedoel ik, maar had geen wetenschap van een kapelletje daar, laat staan in combinatie met een bewaar- leerschool van de Ursulinen. Volgens Bing staan de beide gebouwen er nog. Probeer een dezer dagen de zaken op de gevoelige plaat vast te leggen.
Op de luchtfoto lijkt het maar 'een kapelletje'. Dat komt omdat je er vanuit het zuiden tegenaan kijkt. Er is maar één rij ramen zichtbaar, omdat er een laag gebouw (de vroegere school?) tegenaan gebouwd is. Als je de 'draai de foto-functie' rechtsboven gebruikt, zie je de zijgevel vanuit het noorden: twee rijen vensters, een heel mooi effect.
Voorheen was die kapel bereikbaar door op Kesselskade 53 de deur te openen en dan een heel lange gang door te lopen. Het was zo'n verbinding waar de gevelwand overheen is gebouwd, zoals je vroeger in de binnenstad meer zag. Aan het eind van de gang kwam men dan op een binnenplaats: kapel recht vooruit, en links en rechts daarvan enkele panden die niet als 'huis' konden worden aangemerkt.
Hoe de situatie is nu de kapel in gebruik is bij het Drukkerij Museum, en of die gang naar de Kesselskade nog bestaat, weet ik niet.
Oorspronkelijk geplaatst door Ingrid M.H. EversBekijk bericht
Ikzelf begon net als de krant (1941) met het woord op zijn Duits uit te spreken: Stingel-hamber. Julia Margaretha Stinglhamber noemde zich echter op zijn Frans 'Julie'. Uiteindelijk koos ik daarom voor Stinglamber, omdat ik vermoedde dat Stinglhamber een verbastering was van Saint Lambert. Een Franse uitspraak leek daarom het meest waarschijnlijk. Het huidige internet bevestigt dat deze achternaam van Franse oorsprong is.
Uit van dr Frans Debrabandere: Stinglhamber: afleiding van Noord-Beierse plaatsnaam Stingelham, -heim.
Last edited by koiranou; 24 september 2018, 16:55.
Uit Woordenboek van de familienamen in België en Noord-Frankrijk van dr Frans Debrabandere: Stinglhamber: afleiding van Noord-Beierse plaatsnaam Stingelham, -heim.
Mooie vondst, koiranou! De oorsprong van de achternaam is dus Duits. De naam heeft echter een toevoeging gekregen: 'ber'. Mogelijk heeft die niets van doen met een heilige Lambert(us), maar ik denk wel dat mijn redenering correct is, namelijk dat in de schrijfwijze 'Stinglhambert' de naam op zijn Frans werd (en wordt) uitgesproken.
Opmerking