Aankondiging

Sluiten
No announcement yet.

Kapel Klooster Zusters van de Miséricorde

Sluiten
X
 
  • Filter
  • Tijd
  • Tonen
Clear All
nieuwe berichten

  • Kapel Klooster Zusters van de Miséricorde

    Rond 1970 vertrokken de Zrs van de Miséricorde (Zusters van de Barmhartigheid) en werd het complex overgenomen door de gemeente Maastricht. Maar we gaan eventjes wat verder terug in de tijd:

    Anna Groenenscheldt (1771-1844) uit Luik ( trad in 1795 als koorzuster in bij de Kannunikessen van Herckenrode. Het jaar daarop werd die abdij tijdens de woelingen van de Franse Revolutie deels verwoest en was Anna gedwongen terug te keren naar Luik. Op initiatief van de Luikse priester Martinus Jozef Pascal Monon begon ze in 1819, samen met een andere jonge vrouw die uit haar klooster verdreven was, juffrouw Henrardt, een opvang voor “gevallen meisjes”.

    Deze instelling voorzag duidelijk in een behoefte, zelfs zozeer dat de Luikse bisschop, Mgr. Van Bommel, erop aandrong dat de dames zich zouden omvormen tot een religieuze congregatie. Ze waren immers ook al begonnen uniforme kleding te dragen en elkaar “soeur” te noemen. Uit angst echter dat de religieuze plichten de zorg voor de meisjes zouden verdringen, stelde Anna, die zich inmiddels mère Xavier noemde, die transitie lang uit.

    Op 24 mei 1844 kwam het er toch van: Van Bommel keurde de constituties goed en op verzoek van de dames kreeg de congregatie de naam van Soeurs de la Miséricorde. Twee dagen later overleed Anna Groenenscheldt. Op 24 september 1845 hielden de Zusters hun eerste professie en was de congregatie een feit.​

    Door bemiddeling van Mgr. Louis Hubert Rutten, de stichter van de Broeders van Maastricht, werd in 1856 een dochterhuis in Maastricht gesticht, het Maison de la Miséricorde. Op 14 augustus 1856 kwam mère Thérèse, op dat moment de moeder overste, met vier van haar zusters naar Maastricht om de zorg op zich te nemen voor drie weeskinderen.

    Rutten bezorgde de zusters het huis Capucijnenstraat 45, inclusief inrichting en een startkapitaal van 25.000 francs. Het huis lag vlak bij het oorspronkelijke onderkomen van zijn eigen congregatie, de Broeders van Maastricht. Hier en in het aangrenzende pand (nr 43) werd het Maison de la Miséricorde ondergebracht voor de opvang van kansarme meisjes en vrouwen. Van 1959-73 heette deze instelling Jeugdcentrum Borneweide. Achter de straatgevels van de panden aan de Capucijnenstraat verrezen eind 19e eeuw de kloostergebouwen. Twee vleugels van het voormalige Capucijnenklooster werden omstreeks 1880 verbouwd tot wasserij. Begin twintigste eeuw breidden de zusters hun activiteiten in de Maastrichtse jeugdzorg verder uit met een tehuis voor jongvolwassen wezen in de Sint Pieterstraat (St.-Vincentiusgesticht) en een opvangcentrum voor schoolplichtige meisjes in Amby (Huize Severen). Van 1922 tot aan zijn dood in 1959 was Gerrit van Rijt (vanaf 1947 mgr. J.G. van Rijt) directeur van deze opvanghuizen.

    Kloostervleugels
    ​​​​​​De tussen de Capucijnenstraat en het Miséricordeplein gelegen kloostervleugels en -kapellen zijn geklasseerd als gemeentelijk monument (nr. 1277). Dit complex bestaat uit twee haaks op elkaar staande kloostervleugels en twee kapellen. De bouwdelen vormen een min of meer gesloten vierkant, waarbinnen een kloostertuin ligt. De glazen buitengangen rondom deze tuin werd in 1978 vervangen door de huidige. Ten noorden van het klooster ligt een parkeerterrein. De westelijke kloostervleugel werd gebouwd in 1898 en wordt gedekt door een mansardedak. Deze vleugel bevatte onder meer de was- en strijkinrichting van het klooster en gesticht. Omstreeks 1908 werd de oostelijke kloostervleugel hieraan toegevoegd. De naar buiten gekeerde gevels zijn sober en vrij gesloten; in de loop van de 20e eeuw zijn hier extra ramen toegevoegd. In het interieur zijn alleen de trappenhuizen origineel.

    Kloosterkapellen
    ​​​​​​Het Miséricordeklooster beschikte over twee neogotische dubbelkapellen, beide dus met gescheiden boven- en benedenkapel. Beide kapellen zijn opgetrokken uit baksteen; de zusterkapel is op een onbekend tijdstip wit en geel gesausd, waarbij de gele verf enkele mergelstenen details benadrukt. Het exacte bouwjaar van de zusterkapel is niet bekend (ca. 1856?). De kapel is eenbeukig met vijf traveeën zonder koor. De spitsboogvensters op de bovenverdieping aan de oostzijde worden van elkaar gescheiden door lisenen, die ooit met heiligenbeelden waren versierd. Daarvan resteren slechts de sokkels en neogotische baldakijnen. Onder de spitsboogvensters is in stucreliëf een Latijnse tekst aangebracht. De vensters op de benedenverdieping zijn zeer eenvoudig. De korte noord- en zuidgevels zijn vrijwel onversierd. Aan de westzijde is de kapel geheel ingebouwd. Het oorspronkelijke interieur is nagenoeg verdwenen, op enkele restanten van schilderingen boven de moderne zoldervloer na.
    Bronnen: BHIC en Wikipedia

    Atelier Ramakers
    Atelier J.W. Ramakers & Zonen vervaardigde in 1897 kerkbanken voor - waarschijnlijk - het lekenkapel. Zie foto. Ik vermoed dat Ramakers meer dan alleen de kerkbanken vervaardigde, gezien de relatie met het moederhuis in Luik, waarvan Ramakers het hoofdaltaar en ook de kerkbanken vervaardigde, maar ook zijn de werken - op deze foto gezien - helemaal in de stijl waarin Ramakers zijn werk zou afleveren.
    Zijn er onder u lezers die foto's hebben van het interieur van deze kapel? Deze foto is toch te onduidelijk om goed de details onder ogen te krijgen in de zin van reliëfs in altaren, communiebank enzovoorts.
    Waar ligt het archief van dit klooster, zodat via deze vermoedens onderzocht kunnen worden?

    Dank u wel voor de moeite!
    Joep.
    Bestanden bijvoegen

  • #2
    Het archief van deze congregatie ligt in het HCL te Maastricht: toegangsnummer 21.431 Stichting Gestichten Zusters van Barmhartigheid te Maastricht, 1850-1970.
    Verder zijn er nogal wat treffers in de bouwvergunningen, onder andere september 1896: bouw van de kapel.
    Last edited by Ingrid M.H.Evers; 26 juni 2023, 13:12.

    Opmerking

    Bezig...
    X