Zoals elders beloofd mijn eerste bijdrage aan dit forum, om maar 'ergens' te beginnen:
Amby heeft in haar geschiedenis vele malen hinder ondervonden van vreemde legers die Maastricht probeerde te veroveren. hinder is daarbij duidelijk een understatement. Neem bijvoorbeeld 1632 tijdens het beleg van Maastricht.
(Onderstaande tekst komt van Wikipedia, het gedeelte over Amby is door mij aangevuld)
Op 9 juni 1632 kwam Frederik Hendrik met 4000 cavaleristen en 17000 man infanterie (bestaande uit o.a. Franse, Waalse, Engelse en Schotse huurtroepen) bij Maastricht aan. Het hoofdkwartier van de bevelhebber Frederik Hendrik lag op de Dousberg, aan de westkant van de stad. Prins Hendrik van Nassau en de Friezen, onder bevel van kolonel Pinsen van der Aa, bezetten de Sint-Pietersberg. De compagnie van Brederode sloeg zijn kamp op voor de Boschpoort, aan de noordwestkant van de stad. De graaf Van Limburg Stirum en zijn cavalaristen waren gelegerd nabij Borgharen. Willem en Johan Maurits van Nassau omsingelden Wyck. Bij Borgharen en bij Sint-Pieter lagen schipbruggen over de Maas.
Net als tijdens het beleg van 1579 vocht de bevolking mee met het 3000 man sterke garnizoen, in dit geval echter aan de zijde van de Spanjaarden. Gedurende het beleg werden twee legers gezonden om Maastricht te ontzetten. Op 2 juli 1632 kreeg het garnizoen versterking van 18000 man Spaanse infanterie en 6000 cavalerie onder leiding van Don Gonzalo de Córdoba aan bij Maastricht. Deze viel de troepen van Frederik Hendrik echter niet aan, omdat hij deze superieur achtte. De Spaanse troepen kregen later nog versterking van 12000 man infanterie en 4000 cavalerie onder leiding van de Graaf van Pappenheim. Deze laatste trachtte tevergeefs de vijandelijke linie bij Amby te doorbreken, alwaar op 17 augustus een bloedige strijd plaats vond, die van 's middags tot tegen de avond duurde. Pappenheim, komende over een holle weg uit Meerssen, stuitte in Amby op een post met een een gebruikelijk aantal aan wachten. Deze hielden moedig stand en een enkeling kon Maurits van Nassau informeren die gelegerd lag bij de Ravenhof, eveneens onder Amby. De post, (de kerktoren van Amby) was een strategisch punt zo bleek. Door een schans was deze verbonden met de Ravenhof. Hierdoor was Maurits in de gelegenheid versterking te sturen.
Pappenheim verloor tijdens de slag zijn beste officieren en werd gedwongen terug te trekken. De strijd duurde tot 21 augustus. Toen zonden de belegerden een onderhandelaar om een wapenstilstand voor te stellen en de volgende dag werd de overgave getekend. Volgens de geschiedschrijvers was de overwinning van de Nederlandse troepen voor een groot deel te danken aan de inzet van Frederik Hendrik zelf, die persoonlijk naar Amby kwam en de troepen aanvoerde.
De rol van de kerk van Amby was enorm groot. Het torentje diende als perfecte uitkijkpost en een plek om zich te verschansen. Was deze toren hier niet geweest had de belegering van Maastricht wellicht heel anders uitgepakt. Pappenheim was berucht en nageneog onslaanbaar. Toch lukte het. Nadat Pappenheim na middernacht zich terugtrok richting Meerssen bleven volgens de overlevering 1500 (!) doden en gewonden in Amby achter. Zijn leger was gehalveerd. uit het keizerlijk leger waren nog eens 900 gewonden te tellen.
Het is niet bekend hoeveel inwoners van Amby het leven lieten. De inwoners van dit dorpje waren voor de geschiedschrijvers niet interessant. Feit is wel dat Amby geplunderd werd en/of door oorlogsgeweld nagenoeg met de grond gelijk werd gemaakt....
Een zwarte dag, misschien wel dé zwartste dag in de geschiedenis van Amby.
Amby heeft in haar geschiedenis vele malen hinder ondervonden van vreemde legers die Maastricht probeerde te veroveren. hinder is daarbij duidelijk een understatement. Neem bijvoorbeeld 1632 tijdens het beleg van Maastricht.
(Onderstaande tekst komt van Wikipedia, het gedeelte over Amby is door mij aangevuld)
Op 9 juni 1632 kwam Frederik Hendrik met 4000 cavaleristen en 17000 man infanterie (bestaande uit o.a. Franse, Waalse, Engelse en Schotse huurtroepen) bij Maastricht aan. Het hoofdkwartier van de bevelhebber Frederik Hendrik lag op de Dousberg, aan de westkant van de stad. Prins Hendrik van Nassau en de Friezen, onder bevel van kolonel Pinsen van der Aa, bezetten de Sint-Pietersberg. De compagnie van Brederode sloeg zijn kamp op voor de Boschpoort, aan de noordwestkant van de stad. De graaf Van Limburg Stirum en zijn cavalaristen waren gelegerd nabij Borgharen. Willem en Johan Maurits van Nassau omsingelden Wyck. Bij Borgharen en bij Sint-Pieter lagen schipbruggen over de Maas.
Net als tijdens het beleg van 1579 vocht de bevolking mee met het 3000 man sterke garnizoen, in dit geval echter aan de zijde van de Spanjaarden. Gedurende het beleg werden twee legers gezonden om Maastricht te ontzetten. Op 2 juli 1632 kreeg het garnizoen versterking van 18000 man Spaanse infanterie en 6000 cavalerie onder leiding van Don Gonzalo de Córdoba aan bij Maastricht. Deze viel de troepen van Frederik Hendrik echter niet aan, omdat hij deze superieur achtte. De Spaanse troepen kregen later nog versterking van 12000 man infanterie en 4000 cavalerie onder leiding van de Graaf van Pappenheim. Deze laatste trachtte tevergeefs de vijandelijke linie bij Amby te doorbreken, alwaar op 17 augustus een bloedige strijd plaats vond, die van 's middags tot tegen de avond duurde. Pappenheim, komende over een holle weg uit Meerssen, stuitte in Amby op een post met een een gebruikelijk aantal aan wachten. Deze hielden moedig stand en een enkeling kon Maurits van Nassau informeren die gelegerd lag bij de Ravenhof, eveneens onder Amby. De post, (de kerktoren van Amby) was een strategisch punt zo bleek. Door een schans was deze verbonden met de Ravenhof. Hierdoor was Maurits in de gelegenheid versterking te sturen.
Pappenheim verloor tijdens de slag zijn beste officieren en werd gedwongen terug te trekken. De strijd duurde tot 21 augustus. Toen zonden de belegerden een onderhandelaar om een wapenstilstand voor te stellen en de volgende dag werd de overgave getekend. Volgens de geschiedschrijvers was de overwinning van de Nederlandse troepen voor een groot deel te danken aan de inzet van Frederik Hendrik zelf, die persoonlijk naar Amby kwam en de troepen aanvoerde.
De rol van de kerk van Amby was enorm groot. Het torentje diende als perfecte uitkijkpost en een plek om zich te verschansen. Was deze toren hier niet geweest had de belegering van Maastricht wellicht heel anders uitgepakt. Pappenheim was berucht en nageneog onslaanbaar. Toch lukte het. Nadat Pappenheim na middernacht zich terugtrok richting Meerssen bleven volgens de overlevering 1500 (!) doden en gewonden in Amby achter. Zijn leger was gehalveerd. uit het keizerlijk leger waren nog eens 900 gewonden te tellen.
Het is niet bekend hoeveel inwoners van Amby het leven lieten. De inwoners van dit dorpje waren voor de geschiedschrijvers niet interessant. Feit is wel dat Amby geplunderd werd en/of door oorlogsgeweld nagenoeg met de grond gelijk werd gemaakt....
Een zwarte dag, misschien wel dé zwartste dag in de geschiedenis van Amby.
Opmerking