Jagen op het water.
Het is hoogseizoen voor de Maastrichtse waterpolitie.
De Maas, de kanalen en de grindgaten worden steeds drukker bevaren.
Het aantal incidenten groeit, de hoeveelheid bekeuringen idem.
‘Waarschuwen?
Daar is het te gevaarlijk voor geworden.’
Verschrikt kijkt een tiener in een rubberboot naast een vrachtschip naar de platbodem die met hoge snelheid nadert.
Patrick Spronken en Frans Nelissen van de Maastrichtse waterpolitie wenken hem.
Hoe oud ben je?
Zestien, zegt de jongen.
Hoe hard vaart je bootje?
Hij haalt zijn schouders op.
Zegt het niet te weten.
Geef maar eens vol gas, dan varen we met je mee.
De knul probeert wat hij wil, maar boven de zeventien kilometer komt hij niet uit.
Niks aan de hand.
Hij krijgt een vriendelijke armzaai en de patrouilleboot hervat zijn surveillance door met vijftig per uur naar Eijsden te koersen.
Sproncken legt uit dat het voor de jongen zo maar slecht had kunnen aflopen.
Voor een boot die harder kan dan twintig is een vaarbewijs verplicht, plus een reddingsvest.
Had hij allebei niet.
De boetes die op die overtredingen staan, zijn niet misselijk.
Dat moet ook, legt Spronken uit.
Het wordt steeds drukker op het water.
Het aantal incidenten neemt toe, het aantal bekeuringen groeit mee.
Kon een paar jaar geleden nog worden volstaan met links en rechts een waarschuwing, nu wordt onmiddellijk het opschrijfboekje getrokken.
‘Zero tolerance’ is noodzakelijk geworden.
„Te druk en te gevaarlijk.
Een jetski besturen zonder dodemansknop?
Dat wordt een ongeleid projectiel als zijn bestuurder er afvalt en de motor niet automatisch wordt uitgeschakeld.
Zo’n ding boort zich zo in een schip.
Op dat vlak tolereren we echt niks.â€
Deze middag is geen jetskiër te bekennen.
Ze zijn zo’n beetje plaag nummer één geworden.
De rondvaartboten van Stiphout krijgen ze regelmatig op bezoek.
Gaan ze stunten bij het achterplecht, proberen passagiers nat te maken door scherpe bochten te draaien.
Gaat een plens over de dure camera’s van toeristen.
Zelfs terraszitters op het Cörversplein zijn niet veilig voor de hardvaarders, die zich niks aantrekken van snelheidsbeperkingen.
Kan het gebeuren dat tussen de Maasbruggen de afgemeerde plezierjacten ineens flink gaan schommelen en de eigenaren rosé knoeien op hun kleren, omdat jetskiërs ze komen pesten.
Andere ergernis: het vaarbewijs stelt niks voor.
Alleen maar theorie uit een boek.
Als je genoeg meerkeuzevragen goed hebt beantwoord, krijg je dat papiertje, maar een roer heb je bij wijze van spreken nog nooit gezien.
„Toch kan zo iemand een jacht kopen zo groot als een huis, maar van besturen weet hij van toeten nog blazenâ€, vat Frans Nelissen de situatie samen.
Laatst moest hij zo’n verse schipper lostrekken op de Maas bij Eijsden, waar de diepgang op sommige plekken amper een halve meter is.
Ja, er zijn me wat brokkenpiloten onderweg.
Via de boordradio meldt schipper Herman Knol zich.
Hij is zeventien jaar kapitein en eigenaar van de Santina, een knots van een vrachtboot van 110 meter lengte.
Het ruim ligt vol kolen: 2280 ton.
Het spul moet van Luik naar Dortmund.
Daar zijn normaal 125 vrachtwagens voor nodig, Knol verplaatst de hoeveelheid voor een fractie van de milieubelasting van die autofile.
We klimmen aan boord voor een praatje over de veiligheid op het water.
Knol’s stuurhut lijkt op een commandokamer, vol computers.
De boot is uitgerust met camera’s en navigatieapparatuur.
En toch moet hij continu alert zijn op jachten, kano’s, jetskiërs en zeilers.
Voor zijn neus ligt honderd meter boot.
Wat zich daarvoor afspeelt, is nauwelijks te zien.
„Het komt geregeld voor dat ik roep: waar is dat ding ineens gebleven?
Mensen zonder vaarbewijs mogen gewoon naast of voor me varen.
Ze weten niks van stromingen, van zuigkracht, van waterverplaatsingen.
Ik hou geregeld mijn hart vast.
Ik heb zelf al eens een jacht onder water gevaren.
Ik word er nu weer emotioneel van.
Je kunt er niks aan doen.
Met zo’n enorm schip als het mijne kun je geen noodstop maken.
Als ik nu rem, kom ik daar achter ergens tot stilstand.
Veel onervaren schippers onderschatten dat.
De eisen zouden strenger mogen.â€
Ergernissen op het water.
Verbodsbord hinderlijke golfslag.
Het bord hierboven wijst schippers op een gebied waar het veroorzaken van hinderlijke golfslag verboden is.
Op te hard varen, alcoholgebruik, varen zonder geldig bewijs en vooral het ontbreken van een zogenaamde dodemansknop (een automatische motorstopinstallatie om de pols voor als de schipper overboord slaat) staan boetes die variëren van 60 tot 360 euro.
© gazet De Limburger; John Hoofs; 120808.
Het is hoogseizoen voor de Maastrichtse waterpolitie.
De Maas, de kanalen en de grindgaten worden steeds drukker bevaren.
Het aantal incidenten groeit, de hoeveelheid bekeuringen idem.
‘Waarschuwen?
Daar is het te gevaarlijk voor geworden.’
Verschrikt kijkt een tiener in een rubberboot naast een vrachtschip naar de platbodem die met hoge snelheid nadert.
Patrick Spronken en Frans Nelissen van de Maastrichtse waterpolitie wenken hem.
Hoe oud ben je?
Zestien, zegt de jongen.
Hoe hard vaart je bootje?
Hij haalt zijn schouders op.
Zegt het niet te weten.
Geef maar eens vol gas, dan varen we met je mee.
De knul probeert wat hij wil, maar boven de zeventien kilometer komt hij niet uit.
Niks aan de hand.
Hij krijgt een vriendelijke armzaai en de patrouilleboot hervat zijn surveillance door met vijftig per uur naar Eijsden te koersen.
Sproncken legt uit dat het voor de jongen zo maar slecht had kunnen aflopen.
Voor een boot die harder kan dan twintig is een vaarbewijs verplicht, plus een reddingsvest.
Had hij allebei niet.
De boetes die op die overtredingen staan, zijn niet misselijk.
Dat moet ook, legt Spronken uit.
Het wordt steeds drukker op het water.
Het aantal incidenten neemt toe, het aantal bekeuringen groeit mee.
Kon een paar jaar geleden nog worden volstaan met links en rechts een waarschuwing, nu wordt onmiddellijk het opschrijfboekje getrokken.
‘Zero tolerance’ is noodzakelijk geworden.
„Te druk en te gevaarlijk.
Een jetski besturen zonder dodemansknop?
Dat wordt een ongeleid projectiel als zijn bestuurder er afvalt en de motor niet automatisch wordt uitgeschakeld.
Zo’n ding boort zich zo in een schip.
Op dat vlak tolereren we echt niks.â€
Deze middag is geen jetskiër te bekennen.
Ze zijn zo’n beetje plaag nummer één geworden.
De rondvaartboten van Stiphout krijgen ze regelmatig op bezoek.
Gaan ze stunten bij het achterplecht, proberen passagiers nat te maken door scherpe bochten te draaien.
Gaat een plens over de dure camera’s van toeristen.
Zelfs terraszitters op het Cörversplein zijn niet veilig voor de hardvaarders, die zich niks aantrekken van snelheidsbeperkingen.
Kan het gebeuren dat tussen de Maasbruggen de afgemeerde plezierjacten ineens flink gaan schommelen en de eigenaren rosé knoeien op hun kleren, omdat jetskiërs ze komen pesten.
Andere ergernis: het vaarbewijs stelt niks voor.
Alleen maar theorie uit een boek.
Als je genoeg meerkeuzevragen goed hebt beantwoord, krijg je dat papiertje, maar een roer heb je bij wijze van spreken nog nooit gezien.
„Toch kan zo iemand een jacht kopen zo groot als een huis, maar van besturen weet hij van toeten nog blazenâ€, vat Frans Nelissen de situatie samen.
Laatst moest hij zo’n verse schipper lostrekken op de Maas bij Eijsden, waar de diepgang op sommige plekken amper een halve meter is.
Ja, er zijn me wat brokkenpiloten onderweg.
Via de boordradio meldt schipper Herman Knol zich.
Hij is zeventien jaar kapitein en eigenaar van de Santina, een knots van een vrachtboot van 110 meter lengte.
Het ruim ligt vol kolen: 2280 ton.
Het spul moet van Luik naar Dortmund.
Daar zijn normaal 125 vrachtwagens voor nodig, Knol verplaatst de hoeveelheid voor een fractie van de milieubelasting van die autofile.
We klimmen aan boord voor een praatje over de veiligheid op het water.
Knol’s stuurhut lijkt op een commandokamer, vol computers.
De boot is uitgerust met camera’s en navigatieapparatuur.
En toch moet hij continu alert zijn op jachten, kano’s, jetskiërs en zeilers.
Voor zijn neus ligt honderd meter boot.
Wat zich daarvoor afspeelt, is nauwelijks te zien.
„Het komt geregeld voor dat ik roep: waar is dat ding ineens gebleven?
Mensen zonder vaarbewijs mogen gewoon naast of voor me varen.
Ze weten niks van stromingen, van zuigkracht, van waterverplaatsingen.
Ik hou geregeld mijn hart vast.
Ik heb zelf al eens een jacht onder water gevaren.
Ik word er nu weer emotioneel van.
Je kunt er niks aan doen.
Met zo’n enorm schip als het mijne kun je geen noodstop maken.
Als ik nu rem, kom ik daar achter ergens tot stilstand.
Veel onervaren schippers onderschatten dat.
De eisen zouden strenger mogen.â€
Ergernissen op het water.
- Te snel varen van boten op plekken waar dat niet mag.
- Voorkruip- en ondoordacht gedrag bij sluizen en bruggen.
- Waterscooters die veel te hard varen.
- Geluidsoverlast van boten en ander vaartuig.
- Het niet kennen van de vaarregels.
- Veroorzaken van hinderlijke waterbewegingen
- Alcoholgebruik op het water.
- Zwemmers/springers van bruggen.
- Racende jeugd.
Verbodsbord hinderlijke golfslag.
Het bord hierboven wijst schippers op een gebied waar het veroorzaken van hinderlijke golfslag verboden is.
Op te hard varen, alcoholgebruik, varen zonder geldig bewijs en vooral het ontbreken van een zogenaamde dodemansknop (een automatische motorstopinstallatie om de pols voor als de schipper overboord slaat) staan boetes die variëren van 60 tot 360 euro.
© gazet De Limburger; John Hoofs; 120808.